Armageddon en Elia

Armageddon en Elia

Armageddon nu

Als wij het woord Armageddon horen, dan zijn er allerlei beelden die door ons hoofd schieten. Wij zien dan oorlogen en veel geweld. Het is een dankbaar gegeven voor de filmindustrie, zij fantaseren er lustig op los, en creëren zo een standaard beeld voor alle mensen. Het woord Armageddon komt maar eenmaal voor in de bijbel, het staat in het boek de Openbaring van Johannes hoofdstuk 16:16, dit is deel van de zesde plaag. Het wordt genoemd in het kader van een scheiding van de mensen die God willen dienen en die Hem niet willen dienen. Om een begrip te krijgen waar het werkelijk over gaat moeten wij terug naar het oude testament. Johannes heeft vrijwel alle beelden die hij gebruikt in dit boek ontleend aan het oude testament. Dit beeld ontleent hij o.a. aan de geschiedenis van Elia dat wij vinden in het eerste boek van de koningen 1Kon.18:16-46.

 

Elia is een profeet van God voor het 10 stammenrijk. Het volk van Israël is de Baäl gaan dienen, onder het koningschap van Achab en Izebel. Zij dienen ook de God van hun vaderen wel, maar daarbij hebben zij de afgodendienst. Elia krijgt van God de opdracht om een droogte aan te kondigen die drie en een half jaar zal duren. Het is 1260 dagen dat Elia zich in de woestijn bevindt, er wordt daar jacht op hem gemaakt door de soldaten van koning Achab en de priesters van zijn vrouw Izebel. Na deze tijd van 42 maanden vind het Armageddon van die tijd plaats. Als die tijd voorbij is roept Elia het hele volk op zich te verzamelen op de berg Karmel. Niet alleen het volk komt maar ook de koning en de afgodspriesters. Wat heeft dit te maken met Armageddon? Armageddon komt van het Hebreeuws en bestaat uit twee woorden, Har wat berg betekent, en Meggido, dat is een grote vlakte in de buurt van de stad Meggido. De berg Karmel is de har of berg waar hier over wordt gesproken. Armageddon betekent berg van Meggido, en hier vindt een strijd plaats waar Johannes naar verwijst. Het is op deze vlakte dat veel van de oorlogen in Israël werden uitgevochten. Maar de strijd waarover gesproken wordt in deze geschiedenis, is vooral een geestelijk treffen. Aan de ene kant de profeet van God aan de andere kant de priesters van Baäl en Astarte.

 

De strijd wordt uitgevochten rond twee altaren, het ene is gewijd aan de schepper God het andere aan de Baäl en Astarte. De vraag is wie van de twee zal antwoorden met vuur. Terwijl het hele volk toeziet proberen de Baäl priesters hun god te vermurwen hun altaar te ontsteken, maar er gebeurt niets. Dan op de tijd van het avondoffer bidt de profeet om vuur, een kort gebed en God ontsteekt het offer met zoveel vuur dat zelfs het altaar verdwijnt en laat zo zien wie Hij is. Op dat moment roept het hele volk, de Here die is God.

 

Die geschiedenis uit het oude testament is een beeld van onze tijd. Ook wij hebben te maken met een crisissituatie, ook nu is er wel geloof bij de mensen in de schepper God maar wij aanbidden ook de Mammon de god van het geld. De oproep van Elia aan het volk was: Hoelang blijven jullie nog op  twee gedachten hinken. Diezelfde oproep geldt vandaag ook, als de Heer God is aanbidt hem dan, of aanvaard de consequentie. Bij Elia was dat de dood van alle priesters van Baäl, nu geldt dat voor iedereen die niet wil dat God over hem of haar regeert. De strijd waar wij nu mee te maken krijgen is geen oorlog met bommen en granaten, maar één met argumenten. Het zal niet gaan over óf wij God moeten dienen, maar hoe. Het is nu de tijd om te kiezen of wij Gods wetten, inzettingen en verordeningen als leidraad voor ons leven kiezen, of dat wij onze eigen weg willen gaan. De strijd van Armageddon is niet in de toekomst maar die is nu. U moet kiezen: óf de god van deze wereld, satan, óf de God die deze wereld heeft gemaakt en zijn leven voor u heeft gegeven.

 

Zesde plaag, zesde richter

Daar Armageddon genoemd wordt onder de zesde plaag is het misschien nuttig om in verband daarmee naar de zesde richter te kijken. De zesde richter (Barak) is de enige richter die met twee personen op pad ging. Wij moeten beginnen met het tellen van de richters bij Mozes, hij was de eerste richter van Israël. Het was de profetes Debora die Barak, in opdracht van God, opriep om de strijd aan te binden met de vijanden van Gods volk. Hij werd door God zelf naar het gebergte Karmel gestuurd, naar de berg Tabor. De Tabor is één van de toppen van het Karmelgebergte, waarschijnlijk de berg der verheerlijking, waar Jezus gesterkt wordt door Mozes en Elia, voor Zijn lijden en sterven.

 

Barak trekt in opdracht van God met 10.000 man naar de berg Tabor waar de vijand hem ontmoet met 900 ijzeren strijdwagens, dat  waren de tanks van die tijd. Barak stond tegenover een zeer grote overmacht. Naar de mens gesproken had hij geen enkele kans om die strijd te winnen. Wat nu volgt is heel bijzonder. In Richteren vijf vers twintig zegt het: Vanuit de hemel streden de sterren, vanuit hun banen streden zij tegen Sisera. En in vers eenentwintig zegt het dat de beek Kison hen mee sleurde. Het moet wel vreselijk geregend (en gehageld) hebben, want Sisera moest van zijn ijzeren strijdwagen klimmen omdat hij wegzakte in de modder. Hij vluchtte te voet weg, totdat hij bij de tent van Jaël kwam, die hem doodt door een tentpin door zijn slaap te slaan. Zo sterft de vijand van Gods volk, zijn kop wordt vermorzeld, en al zijn volk wat bij hem was wordt gedood, een waar Armageddon. Dit is één van de vele keren dat er op deze vlakte bij het gebergte Karmel een strijd wordt gestreden, maar deze keer heeft het wel alle symbolen in zich van de grote laatste slag als satan en zijn aanhang eindelijk voorgoed worden verslagen. Daar was het een letterlijke veldslag, straks na de duizend jaar een geestelijke, waar het oordeel over iedereen die het beest heeft gevolgd zal worden uitgevoerd.

 

Wij die nu leven kort voor de wederkomst, zijn ook deel van die grote strijd. Ook nu staan er twee legers tegenover elkaar, het Jeruzalem van God en het Babel van satan, ook nu zullen wij moeten kiezen. Sinds 1844 gaat het oordeel van God over de aarde, een onderzoekend oordeel. Voor de gelovigen is het offer van God gebracht in Zijn Zoon een vreugdevolle boodschap, hun zonden worden uitgewist uit de boeken die in de hemel zijn. Voor de ongelovigen die het offer van Christus verwerpen, is er ook een uitwissen, hun naam wordt uit het boek des levens gewist, wij kunnen nog steeds kiezen doe het nu.

 

Piet Westein.