2. Parallel profetieën - Jozef (1)

 De volgende parallel lopende profetieën vinden wij in Genesis 37: 6-7 en 9-11. Daar gaat het over Jozef, de lievelingszoon van de aartsvader Jacob. Jacob heeft vier vrouwen, en bij die vrouwen heeft hij twaalf zonen, onder wie Jozef. Jozef is de oudste zoon van de vrouw die de geliefde van Jacob is. Jozef wordt gehaat door zijn broers, zijn vader heeft namelijk de neiging hem voor te trekken boven de anderen. Jacob geeft aan Jozef een veelkleurige mantel die hem duidelijk apart zet van zijn andere zonen, hij is als een prins onder zijn broers. Het is duidelijk dat Jacob Jozef als zijn opvolger ziet als stamhoofd [koning], hoewel hij de op een na jongste is. De jaloezie onder zijn broers is daarom wel te begrijpen.

 

Een prins die profeet wordt

Onze Jozef krijgt een (profetische) droom. In de morgen aan het ontbijt vertelt hij de droom aan zijn vader en zijn broers. Die droom luidt als volgt: Hoor toch deze droom, die ik gehad heb. Zie, wij waren aan het schoven binden in het veld, daar richtte mijn schoof zich op en bleef overeind staan, en zie, uw schoven omringden haar en bogen zich voor mijn schoof neer. Daarop zeiden zijn broeders tot hem: Wil jij soms koning over ons zijn? Wil jij soms over ons heersen? Toen haatten zij hem nog meer om zijn droom en om zijn woorden.

 

Wij zien dat in het oude testament het stamhoofd of de koning ook beschikte over profetische gaven. Wij zien dat o. a. bij Abraham, Isaak en Jacob. Maar ook later bij o. a. David, als hij zijn Messiaanse psalmen schrijft. Ook was het stamhoofd of koning, priester voor al het volk dat bij hem was. Dat zien wij o. a. als Abraham keer op keer een altaar bouwt om voor zijn stam te offeren. Het aanzwellen van de haat van zijn broers tegen Jozef is door deze profetische dromen goed te begrijpen. Maar voor ons wordt het wel duidelijk dat het niet alleen Jacob is die zijn zoon Jozef apart zet, maar dat het vooral een daad van God is die juist deze op één na jongste zoon roept als prins en profeet. Bovendien zien wij in het latere leven van Jozef dat hij ook het priesterambt toebedeeld krijgt.  De eerste droom gaat over 12 schoven (tarwe?). 

 

De schoof (is een bundel halmen) van Jozef richt zich op en de rest van de schoven buigt zich neer voor de schoof van Jozef. Let op, de verklaring of uitleg, wordt niet door Jozef, maar door zijn broers gegeven. Dat de droom profetisch is, is wel duidelijk. Zijn broers haten hem hierom nog meer, en piekeren er niet over om zich voor een broer, en dan nog wel één van de jongsten te buigen. De profeten zijn door de hele geschiedenis nooit geliefd geweest in hun eigen land.

 

Korenschoven zien wij in de landbouw uiteraard alleen maar in de oogsttijd. Dat is logisch zult u zeggen. Nu is het zo dat de bijbelprofetieën het beeld van de oogst altijd gebruiken als een beeld van de wederkomst. Als Jezus wederkomt wordt Hij afgebeeld zittend op een wolk met een sikkel in zijn hand Openbaring 14. Het is daarom dat deze profetie slechts voor een deel in vervulling gaat in het leven van Jozef, maar zijn volledige vervulling moeten wij zoeken in de tijd wanneer alle knie zich zal buigen voor de [Her] Schepper van het heelal.

 

De droom komt natuurlijk toch uit. Als Jozef eenmaal onderkoning van Egypte is buigen zij zich maar al te graag voor hem. In Genesis 37: 9-11 heeft Jozef weer een droom, die parallel loopt in de tijd en dezelfde boodschap heeft, maar toevoegt aan de eerdere (profetische) droom. “En hij had een andere droom, die hij aan zijn broeders verhaalde. Hij zei: Nu heb ik weer een droom gehad, en zie, de zon, de maan en elf sterren bogen zich voor mij neer. Toen hij dit aan zijn vader en zijn broeders verhaalde, onderhield zijn vader hem daarover, en zei tot hem: Wat voor een droom is dat die jij gehad hebt? Zullen soms ik, uw moeder en uw broeders komen om ons voor u ter aarde te buigen? 

 

Zijn broeders benijdden hem, maar zijn vader hield de zaak in gedachten. Dit keer hebben wij te maken met de zon, de maan en de sterren die zich buigen voor de ster van Jozef. Ook nu komt de uitleg van een toehoorder, zijn vader. Het blijkt daarom dat deze profetische dromen helder en begrijpbaar zijn in hun toepassing, voor zowel de ontvanger van de profetische droom, alsook voor degene die de droom hoort en voor wie hij mede bestemd is. Hoewel de profetie soms in beeldende taal wordt gegeven, kan de bedoeling toch worden doorgrond. Anders zou het geven van een profetie zinloos zijn. De vraag is echter wel of de volledige betekenis altijd door zowel de ontvanger van de profetie alsook door de toehoorders of de lezers in alle details direct wordt begrepen. 

 

Als de volledige vervulling van de dromen van Jozef in zijn eigen leven in vervulling waren gegaan, dan is het voor ons misschien nog wel een interessant studie object, van hoe God betrokken is met de individuele mens, en hebben wij wat meer inzicht in hoe het volk van Israël in Egypte terecht kwam, maar een vervulde profetie, vooral als hij een korte looptijd heeft, geeft ons weinig licht op het pad dat wij zelf nog moeten gaan. Ook zien wij niet waar wij in de heilsgeschiedenis staan.

 

Christus centraal?

Als het zo is dat alle profetie van God komt en Hij de enige is die waarlijk de toekomst kan voorzeggen, zou het dan niet zo kunnen zijn dat alle profetieën hun uiteindelijke en totale vervulling pas krijgen in de grote daden van God? Hiermee bedoel ik dan vooral de incarnatie van God in het vlees in de vorm van Zijn Zoon Jezus Christus, Zijn dood en opstanding, en Zijn werk in het hemels heiligdom (zie de brief aan de Hebreeën). 

De uiteindelijke vervulling zien wij dan in het eindoordeel en het herstel van de aarde en de hemel en de juiste relatie van Gods schepselen met hun Maker. Als dat laatste waar is, dan mogen wij pogen in deze profetieën meer te zoeken dan zij op de eerste blik vrijgeven. Dit betekent niet dat wij naar hartenlust kunnen fantaseren. Wij moeten onszelf beperkingen opleggen om binnen de kaften van het geopenbaarde woord en in het verlengde van eerdere (of latere) duidelijke profetieën het toegenomen licht te laten schijnen naar het kruis en via het kruis naar de voltooiing van de geschiedenis van deze wereld. Daarom, geen inlegkunde, maar uitlegkunde!

 

Een mogelijke uitleg

Hoe kunnen wij deze eerste dromen van Jozef een diepere uitleg geven?  Waar de eerste uitleg van de droom over de halmen misschien nog alleen op Jozef kan slaan, is dat bij de tweede droom onmogelijk. Laten wij eerst naar de schoven kijken. Deze gaat in vervulling als de broers naar Egypte komen om graan te kopen. [U weet natuurlijk wel dat dat graan uit die korenschoven komt]. Zij buigen, zoals zij het zien, voor de onderkoning van dat land. Als wij het ook een Christo-centrische vervulling geven, dan is het niet een mens (Jozef) waar de hele wereld naar toe komt om graan (het woord van God) te kopen, maar de hele wereld zal zich buigen voor Jezus die ons zal voeden met het brood des levens (Zijn lichaam, het hemels manna).

 

En er zullen tekenen zijn in zon, maan en sterren

De droom van de zon, maan en sterren, dwingt ons nog meer dan de vorige droom om ook een geestelijke uitleg te vinden. Daar is de uitleg van Jacob dat hij (Jacob) de zon is, zijn moeder is daar de maan en de elf sterren zijn dan zijn broers. Het probleem met alléén deze letterlijke uitleg is dat Rachel de moeder van Jozef al dood is als de droom uitkomt. En hoewel het voor een deel letterlijk in vervulling gaat als de broers zich voor hem buigen, doen noch zijn vader (die omhelst hem) noch zijn moeder dat (zij is al lang dood). Ook Benjamin buigt zich niet, hij is thuis gebleven bij zijn vader. 

Ook hier moet de volledige vervulling gezocht worden in zowel de eerste komst van Jezus als de wederkomst. De uiteindelijk vervulling van deze tweede profetie is aan het eind van de duizend jaar als Jezus getooid met de koningskroon, op de troon van Zijn Vader plaatsneemt, en alle knie, mensen en engelen, zich voor Hem zullen buigen. Daarom kunnen Jozef en zijn dromen nooit hun totale vervulling vinden in Jozef en zijn broers alleen.  

 

Jozef als type van Christus

Als Jozef geboren wordt roept zijn moeder uit: Na deze nog één, deze zou ook komen, en hij werd door zijn vader Benjamin genoemd wat mijn geliefde zoon betekent. Wij zien hier al direct bij zijn geboorte en in zijn naam een verwijzing naar Jezus. Jezus was net als Jozef niet de eerste mens die van God was uitgegaan, dat was Adam. Daarom wordt Jezus ook aangeduid als de tweede Adam.

 

Piet Westein

 

P.S.

Alle verwijzingen naar Jezus in het leven van Jozef zullen wij de volgende keer proberen te ontdekken, als zijn avontuurlijke reis naar Egypte een aanvang neemt, en hij weer met paralelprofetieën wordt geconfronteerd.